Krullenmuts
Dit mutstype, de krullenmuts of keuvel, is typerend voor de klederdracht in de Hoeksche Waard. De kanten bol is omringd door een strook tule, die is afgezet met decoratief kant. Hoe rijker de draagster was, des te breder was de rand van kloskant. Door de jaren heen werd deze lange wijde muts verschillend gedragen. Viel de strook gedurende de negentiende eeuw sluik naar beneden, in de twintigste eeuw stond de stijf gesteven muts aan weerszijden van het hoofd uit.
De krullenmuts werd gedragen over een ijzer met gouden, verguld koperen of koperen krullen al naargelang de rijkdom van de draagster. De muts werd gedragen over een zwarte ondermuts en op het ijzer vastgezet met decoratieve gouden spelden.
Tijdens de rouw droeg de vrouw geen kant aan de muts en ook geen gouden spelden. Naast de speciale rouwmuts van effen batist droeg zij speciale rouwsieraden. De hier getoonde krullenmuts is van rond 1900.